A. Opname:
Op voorhand zal de dag en uur van opname met u afgesproken worden. Meestal is de opname 's morgens op de dag van de operatie.
Indien u op voorhand reeds ingeschreven bent, kan u zich onmiddellijk melden aan de balie. Zo niet moet u zich gaan inschrijven aan het onthaal. Nadien gaat u naar de verpleegafdeling. Deze afdeling is gelegen onmiddellijk rechts in de inkomhal. Daar zal u opgevangen worden door een verpleegkundige, die u naar de kamer begeleidt.
Een identificatiebandje wordt rond uw pols gedaan.
Wat u zeker dient mee te brengen:
- kaart voorinschrijving
- getekende "informed consent" formulieren
- pré-operatieve bloedname: uitgeprint meebrengen
- medicatielijst
- thuismedicatie in de originele verpakking
- bloedgroepkaart: indien u er nog geen heeft: vraag het op voorhand bij de huisarts
- identiteitskaart
- evt. formulieren van een hospitalisatieverzekering
- toiletgerief
- handdoeken + washandjes
- nachtkleding
- gemakkelijke kleding voor overdag
- pantoffels, liefst gesloten pantoffels en geen slippers
- goede gemakkelijke schoenen met veters of riempjes (voet kan na de operatie wat gezwollen zijn)
- krukken (kunnen eventueel gehuurd worden bij de mutualiteit of kunnen desnoods in het ziekenhuis gekocht worden)
- CPAP: indien u thuis zo een toestel gebruikt
Vergeet uiteraard niet uw info- en werkboek ingevuld mee te brengen.
Een verpleegkundige zal, samen met u, uw werkboek overlopen.
Hierbij zullen nog enkele belangrijke punten extra worden gecontroleerd, zoals uw thuismedicatie, eventuele allergieën, eventuele speciale diëten, enz.
De pijnscore zal uitgelegd worden. Regelmatig zal men u vragen om een cijfer te geven tussen 0 en 10 als indicatie voor uw pijngevoel. Een cijfer beneden 5 geeft aan dat u comfortabel bent met de standaardmedicatie. Een cijfer hoger dan 5 geeft aan dat u op dat moment bijkomende pijnmedicatie wenst. Volgens medische orders zal hiernaar dan gehandeld worden.
Afhankelijk van uw pré-operatieve hemoglobine-waarde (indien minder dan 12) wordt nog een bloedname gedaan voor kruisproef.
Een anesthesist kijkt op voorhand uw opnamedossier na i.v.m. uw medische voorgeschiedenis, medicatie en vooronderzoeken.
Een anesthesist kijkt op voorhand uw opnamedossier na i.v.m. uw medische voorgeschiedenis, medicatie en vooronderzoeken.
Voor de verdoving kan geopteerd worden voor een algemene narcose of een rachi-anesthesie ("ruggenprik"). Afhankelijk van uw arts kan er eventueel voor een bijkomende tijdelijke verdoving van het been gekozen worden ('adductor kanaal blok') om de pijnstilling na uw operatie verder te optimaliseren.
Indien u vragen heeft over de anesthesie kan u dit te kennen geven.
Zo mogelijk komt de kinesist(e) nog langs voor een 1ste kennismaking en om wat uitleg te geven over de revalidatie. Hij/zij zal ook al enkele pré-operatieve metingen doen en zal uw krukken op de juiste hoogte afstellen.
Steunkousen zullen worden aangemeten als bescherming tegen flebitis en/of trombose. Indien u wenst kan u een extra paar steunkousen bestellen.
Zo mogelijk komt de kinesist(e) nog langs voor een 1ste kennismaking en om wat uitleg te geven over de revalidatie. Hij/zij zal ook al enkele pré-operatieve metingen doen en zal uw krukken op de juiste hoogte afstellen.
Steunkousen zullen worden aangemeten als bescherming tegen flebitis en/of trombose. Indien u wenst kan u een extra paar steunkousen bestellen.
De dag van de ingreep wordt één kous aangedaan aan het niet te opereren been.
Wij raden u aan de steunkousen te dragen tot +/- 4 weken na de ingreep.
De avond voor de ingreep wast u zich een eerste maal met Isobetadine Uniwash.
De avond voor de ingreep wast u zich een eerste maal met Isobetadine Uniwash.
Vanaf middernacht dient u nuchter te blijven, niet eten of drinken, niet roken en geen medicatie innemen (tenzij de hoogst noodzakelijke).
Voor de operatie wast u zich in het ziekenhuis opnieuw met Isobetadine Uniwash, eventueel met hulp van een verpleegkundige en nadien doet u uw operatiehemdje aan. Vanaf dan moet u in bed blijven en wacht u om naar de operatiezaal gebracht te worden.
U krijgt voor de operatie nog een rustgevend medicamentje, indien gewenst.
U krijgt voor de operatie nog een rustgevend medicamentje, indien gewenst.
Kunstgebit, juwelen, nagellak en maquillage dienen te worden verwijderd (N.B. dure juwelen brengt u sowieso best niet mee naar het ziekenhuis).
Het sleuteltje van uw kleerkast dient zelf of door familie bewaard te worden.
Ten gepaste tijde wordt u naar de operatiezaal gebracht.
Ten gepaste tijde wordt u naar de operatiezaal gebracht.
Bij aankomst in de operatiekamer zal u moeten overstappen op de operatietafel. Er wordt een infuus ingebracht en de anesthesist zal met de verdoving beginnen. Hierbij zal ook preventief een antibioticum worden toegediend.
De operatie zelf duurt gemiddeld tussen 3 kwartier en anderhalf uur.
Het duurt gemiddeld 4 à 5 uur vooraleer u terug op de kamer bent.
B. De operatie:
Na het ontsmetten en het steriel afdekken wordt de huid aan de voorkant ingesneden.
B. De operatie:
Na het ontsmetten en het steriel afdekken wordt de huid aan de voorkant ingesneden.
De aangetaste gewrichtsvlakken van het uiteinde van het bovenbeen en het onderbeen worden verwijderd (+/- 8 mm).
Met behulp van speciale instrumenten wordt de vorm van het bot aan de vorm van de prothese aangepast, waarna de prothesecomponenten kunnen worden geplaatst zodat de uiteinden van het boven- en onderbeen terug mooi bedekt zijn. De femurcomponent bestaat uit Oxinium.
Op de metalen component van het onderbeen wordt een component uit kunststof geplaatst (polyethyleen), die een vlotte beweging van de knie toelaat en een schokbrekende functie heeft.
Zo nodig wordt de knieschijf ook bedekt met een polyethyleencomponent. Dit dient niet steeds te gebeuren. Er is hier wereldwijd geen consensus over. Indien de knieschijf evenwel slijtage vertoont, lijkt het mij logisch een knieschijfcomponent te plaatsen.
Als de componenten geplaatst zijn, wordt ervoor gezorgd dat de knie terug mooi in de as komt en goed strekt en plooit en goed stabiel is. Hiervoor moeten soms ligamenten losser gemaakt worden. Als dit alles bereikt is, wordt het gewrichtskapsel gesloten en de huid wordt meestal met nietjes gehecht.
Na de ingreep blijft u enige tijd in de ontwaakkamer onder toezicht van de anesthesist en een verpleegkundige. De anesthesist beslist wanneer u terug naar de kamer mag.
Na de ingreep blijft u enige tijd in de ontwaakkamer onder toezicht van de anesthesist en een verpleegkundige. De anesthesist beslist wanneer u terug naar de kamer mag.
Het verband, een siliconenpleister, zal zo mogelijk tot ontslag ter plaatse blijven. Dit verband wordt dagelijks gecontroleerd i.v.m. wondvochtverlies. Zo nodig wordt het verband vervangen.
Bij ontslag krijgt u een Opsite-verband. Hiermee kan u douchen, geen bad nemen.
De tweede antitrombosekous wordt aangedaan de eerste dag na de operatie.
Gedurende de eerste uren na de ingreep wordt uw pijnbehandeling geregeld door de anesthesist. De pijnmedicatie wordt toegediend via het perifeer infuus.
Uw pijnscore wordt regelmatig nagevraagd. De verpleegkundige vraagt u om een cijfer tussen 0 en 10 aan te geven dat overeenstemt met uw pijngevoel. Hoe hoger het cijfer, hoe meer pijn. Vanaf het cijfer 5 geeft u aan dat het basisschema van pijnmedicatie dat u krijgt, voor u niet toereikend is. Zodoende kan dit schema aangepast worden, om het postoperatieve verloop zo comfortabel mogelijk te laten verlopen.
Van zodra U voldoende wakker bent en de verdoving uit uw benen is, is het belangrijk regelmatig actief uw voeten te bewegen om de bloedcirculatie in het been te stimuleren.
Gedurende de eerste uren na de ingreep wordt uw pijnbehandeling geregeld door de anesthesist. De pijnmedicatie wordt toegediend via het perifeer infuus.
Uw pijnscore wordt regelmatig nagevraagd. De verpleegkundige vraagt u om een cijfer tussen 0 en 10 aan te geven dat overeenstemt met uw pijngevoel. Hoe hoger het cijfer, hoe meer pijn. Vanaf het cijfer 5 geeft u aan dat het basisschema van pijnmedicatie dat u krijgt, voor u niet toereikend is. Zodoende kan dit schema aangepast worden, om het postoperatieve verloop zo comfortabel mogelijk te laten verlopen.
Van zodra U voldoende wakker bent en de verdoving uit uw benen is, is het belangrijk regelmatig actief uw voeten te bewegen om de bloedcirculatie in het been te stimuleren.
Vanaf de 1ste dag na de ingreep wordt met de revalidatie gestart.
Het infuus wordt verwijderd.
Indien er een blaassonde geplaatst werd, zal deze ook verwijderd worden.
De eerste dag na de operatie moet u opzitten in de zetel en met behulp van de kinesist zal u ook reeds uw eerste stappen zetten. Indien u zich fit genoeg voelt, zal u al mee naar de oefenzaal kunnen gaan.
Er mag volledig op het geopereerde been gesteund worden.
Er wordt ook onmiddellijk met allerhande oefeningen gestart om de knie te plooien.
Hierbij zal gebruik gemaakt worden van een toestel dat automatisch uw knie beweegt terwijl u in bed ligt (CPM-machine).
Pijnmedicatie zal vanaf nu langs de mond ingenomen worden of eventueel via een intramusculaire injectie.
Ijszakjes voor afkoeling van de knie zijn ter beschikking in een diepvries op de afdeling.
Lichte koorts gedurende de eerste postoperatieve dagen wordt als normaal beschouwd.
De eerste dag na de ingreep zal ook een controleradiografie gemaakt worden.
Op de tweede dag wordt er een bloedname gedaan.
De ergotherapeut zal langskomen en u helpen met concrete tips en weetjes om uw ontslag naar huis zo goed mogelijk te laten verlopen.
Tijdens de volgende dagen van uw verblijf in het ziekenhuis zal u veel tijd doorbrengen met de kinesist en de ergotherapeut. Ook op zaterdag en zondag wordt kinesitherapie gegeven.
Tijdens de volgende dagen van uw verblijf in het ziekenhuis zal u veel tijd doorbrengen met de kinesist en de ergotherapeut. Ook op zaterdag en zondag wordt kinesitherapie gegeven.
C. Uw ontslag:
Voor uw ontslag dient u het volgende bereikt te hebben:
De knie volledig kunnen strekken en voldoende kunnen plooien, goed kunnen stappen met behulp van één of twee krukken, trappen doen, uzelf kunnen behelpen op gebied van aankleden, toilet en eten.
Wij streven er naar dit te bereiken na 3 à 4 dagen.
Wij streven er naar dit te bereiken na 3 à 4 dagen.
Dagelijks zal een spuitje worden gegeven tegen flebitis of thrombose en dit tot minimum 4 weken na de operatie. Indien u voor de operatie al bloedverdunnende medicatie innam, zal deze meestal terug opgestart worden van zodra de wonde droog is.
De arts kan ook beslissen om in plaats van spuitjes, bloedverdunnende tabletten voor te schijven gedurende 20 dagen.
Wij raden u dan ook aan om de antitrombosekousen te dragen tot +/- 4 weken na de ingreep.
Het is normaal dat uw knie na de ingreep zwelt en warm aanvoelt. Na het oefenen kunnen deze symptomen nog verergeren. Het is ook normaal dat er blauwe plekken optreden rondom de wonde of ter hoogte van het boven- of het onderbeen. Dit alles zal geleidelijk aan en spontaan verdwijnen.
Zwelling en warmtegevoel zullen tot één jaar na de ingreep evolueren.
Bij een unicondylaire en patellofemorale prothese zal dit wel wat sneller evolueren.
Het is van belang regelmatig, zeker na het oefenen, ijs op de knie te leggen gedurende een 15-tal min.
Bij veel zwelling kan het voeteinde van uw bed wat in hoogstand worden gezet. Als u in het bed ligt, is het ook best dat uw knie zoveel mogelijk gestrekt ligt.
De hechtingshaakjes zullen verwijderd worden op de 13de en de 14de postoperatieve dag. Dit kan bij de wondzorgverpleegkundige op de dienst Medische Permanentie op campus St.-Ursula te Herk-de-Stad, door uw huisarts of door de thuisverpleegkundige. Bij ongerustheid of twijfel over de wonde is het steeds aangeraden om eerst uw orthopedisch chirurg te contacteren (013/55.06.74 voor Dr. Malcorps en 011/28.88.88 voor Dr. Vanderstappen en Dr. Willems) alvorens deze hechtingen verwijderd worden.
Het is van belang regelmatig, zeker na het oefenen, ijs op de knie te leggen gedurende een 15-tal min.
Bij veel zwelling kan het voeteinde van uw bed wat in hoogstand worden gezet. Als u in het bed ligt, is het ook best dat uw knie zoveel mogelijk gestrekt ligt.
De hechtingshaakjes zullen verwijderd worden op de 13de en de 14de postoperatieve dag. Dit kan bij de wondzorgverpleegkundige op de dienst Medische Permanentie op campus St.-Ursula te Herk-de-Stad, door uw huisarts of door de thuisverpleegkundige. Bij ongerustheid of twijfel over de wonde is het steeds aangeraden om eerst uw orthopedisch chirurg te contacteren (013/55.06.74 voor Dr. Malcorps en 011/28.88.88 voor Dr. Vanderstappen en Dr. Willems) alvorens deze hechtingen verwijderd worden.
Om uw thuiskomst na de opname in het ziekenhuis zo aangenaam mogelijk te laten verlopen, raden wij u aan om uw ontslag uit het ziekenhuis tijdig voor te bereiden.
Uw verblijf in het ziekenhuis is relatief kort, een goede opvang na de ingreep is dus heel belangrijk. De voorbereiding begint nog voor u wordt opgenomen.
Belangrijke aandachtspunten zijn:
Thuisverpleging - huishoudelijke hulp - opvang na uw opname - materiaal - vervoer - sociale voorzieningen
Diensten:
- Dienst sociaal werk Jessa ziekenhuis campus Salvator. Deze dienst is bereikbaar op weekdagen.
(011/33.54.30)
- Sociale dienst van mutualiteit
- Sociale dienst van OCMW van uw woonplaats
- Het Sociaal Huis van uw woonplaats
Bloedverdunners, spuitjes of pilletjes worden tot +/- 4 weken na de ingreep doorgegeven.
Een controleafspraak wordt gepland en u krijgt een bon mee om dan een controleradiografie te laten nemen.
Gelieve enkele dagen voor uw controle afspraak ook langs te gaan bij uw huisarts voor een bloedname. Deze uitslag dan bij uw eerste controle mee te brengen.